Mijn pleidooi (2)

Han Jahae besteedde tijdens de presentatie van het pleidooi veel aandacht aan het verbaliseren van de getuigenverhoren en vroeg zich hardop af: ‘Hoe betrouwbaar is datgene wat we lezen? Zijn de getuigen antwoorden in de mond gelegd? Is opgeschreven wat gezegd is of is opgeschreven wat men wilde horen? Van wie wisten de getuigen wat ze zeggen te weten? Zijn ontlastende opmerkingen wel geverbaliseerd? Kortom: wat is de waarde van de relevante verklaringen als men wil weten wat er echt is gebeurd? Bij een goed uitgevoerd politieonderzoek zou daar geen twijfel over mogen bestaan.’

Er is veel mis gegaan bij het verbaliseren in deze zaak. Veel processen-verbaal zijn pas maanden na de betreffende verhoren opgemaakt, getuigen zijn woorden in de mond gelegd en ontlastende uitspraken zijn buiten de verbalen gehouden. Deze werkwijze is bij toeval aan het licht gekomen. Door de verdediging is ontdekt dat een aantal verhoren waarvan de inhoud werd betwist, op audioband was opgenomen. Dit was niet vermeld in de samenvatting van de verhoren.

Mr. Jahae vervolgt:

Van der Bijl
Kenmerkend voor deze gang van zaken is het verhoor van Thomas van der Bijl. De bewering van Van der Bijl dat Kaatee alles wist van de financiële zaken van Holleeder is een eigen leven gaan leiden in het onderzoek. Van der Bijl heeft dat echter nooit gezegd. Het tegendeel blijkt uit de geluidsopnamen, waarvan het nooit de bedoeling was dat deze boven tafel kwamen. Van der Bijl heeft gezegd dat Kaatee niets van die criminele dingen wist. Keihard ontlastend dus, en wat gebeurt er? Dat wordt niet vermeld in het proces-verbaal.

Groenlandsekade
Peter Petersen is op 28 februari 2006 door de politie ondervraagd over een transactie in het jaar 2000, waarbij Kaatee namens Nieuwgraaf optrad als verkoper en Holleeder als bemiddelaar. Het aanvankelijk door de recherche gepresenteerde verslag van het verhoor lijkt een samenvatting, waarbij Petersen uitlegt dat hij samen met Herman S. een stuk grond met een oude opstal heeft gekocht aan de Groenlandsekade in Vinkeveen. Hij kon zich niet meer herinneren hoe hij aan de informatie kwam dat het stuk grond te koop was. Hoe de prijs was vastgesteld wist hij ook niet meer. Of 1.000 gulden per m2 een goede prijs was, wist hij ook niet te beantwoorden. Evenmin kon hij zeggen of hij winst had gemaakt op de transactie.

Als je dit zo leest bekruipt je het gevoel dat het niet goed zit met die transactie. Een onroerendgoedhandelaar zou zogenaamd niet meer weten of hij een goede prijs heeft betaald en of hij winst of verlies heeft gemaakt. Het verschil is schrijnend als je het echte verhoor beluistert vanaf de geluidsband (V=Verbalisant, P=Petersen):

V: Dan wordt er weer een bepaalde persoon naar voren geschoven die weer in contact staat met Willem Holleeder. Groenmanskade kwam meneer Marcel Kaatee naar voren.
P: Ja.

V: Ja. Is weer een stromannetje van Holleeder. Het geeft ons weer te denken van zie je wel…
P: … (onverstaanbaar) directeur van een vennootschap van hem?

V: Zelfde toch of niet?
P: Nou ja, een directeur.

V: Die is voor mij hetzelfde.
P: Nou ja, ligt eraan wat je moet laten doen natuurlijk.

V: Ja, hij (Kaatee) zit ook nog steeds vast hoor.
P: Ja, maar heb die echt dingen gedaan wat het daglicht niet kan verdragen?

V: Ik… wij denken van wel. Kijk, bij Willem zal je het geld niet vinden hoor. Ja een beetje. Maar die heb een heel duur horloge. Maar daar ga je echt het geld niet vinden dus je moet die gasten om hem heen hebben gewoon. De gasten die allemaal dingen voor hem doen of laten.
P: Ja, maar stonden die aandelen niet op zijn eigen naam?

En dan even verderop:

V: Onder ander. Ja. En de naam Marcel Kaatee. En de namen van nog een paar poppetjes. Kijk, en als het jaren zo doorgaat en misschien in bepaalde transacties en misschien uit oude onderzoeken en dat heb jij toen ook gezegd dat jij contact hebt met Willem en vervolgens zien wij Groene kade en vervolgens zien wij dat de spelers die er toen al waren nog steeds met elkaar contact hebben vandaag de dag als ze niet euh dood zijn en dat zij gewoon bepaalde transacties met elkaar gedaan hebben. En dan denken wij als er dan zo’n prijsverschil inzit, dan ja…dat.. dat is toch logisch. Dan gaan wij toch een vermoeden hebben van dat klopt gewoon niet.
P: Ja maar wat voor een prijs dan? Wat heeft hij toen betaald?

V: Ja, weet ik veel, ik ben toch helemaal niet financieel.
P: Ja maar wat heb hij betaald?

V: Weet ik veel. Dat weet ik niet. Maar het zit er wel in. Het zit…
P: Weet je wel. Dat heb je toch onderzocht?

V: Van de … kade? Ik weet.. weet ik niet. Ik heb financieel… Jongen ik kan niet eens mijn bankafschriften op nummer leggen.
P: Als je hoort dat hij voor 100.000 koopt en hij verkoopt mij voor een miljoen…

V: Dat is toch…?
P: Maar eh dat is een heel groot verschil. Maar wat heb ie betaald?

V: De Groenmanskade?
P: Ja.

V: 6,5 ton.
P: Heb hij betaald?

V: Ja.
P: gulden of euro’s?

V: Euh…Wat heb jij betaald?
P: Ik weet niet eens meer wat ik betaald heb.

V: Volgens mij één komma twee
P: Volgens mij waren het guldens toen.

Petersen verkocht het object na enkele maanden alweer voor 1.430.000 gulden en maakte dus een winst van 180.000 gulden. De verbalisant vond het maar vreemd dat er winst werd gemaakt omdat er ‘bepaalde personen’ bij betrokken waren.

V: Maar ik bedoel wij vinden het dan raar dat wij in zo’n transactie bepaalde personen terug zien.
P: Oh.

V: Snap je wat ik bedoel?
P: Maar dat was toevallig hoor dat ik eh.. met dat stukje grond. Ik vond het niet duur wat ik ervoor betaald heb, nog steeds niet.

V: Het is ook volgens mij getaxeerd voor die waarde.
P: Ja. Het is helemaal geen gek bedrag. Kijk, als je zoveel winst maakt of eh. Ik bedoel ik heb ook wel eens met zo’n transactie heel veel geld verdiend dus…

V: Ja?
P: Het is niet ongewoon.

V: Ja oké, maar dan zijn er mensen bij, bij wie wij geen argwaan hebben maar bij Marcel Kaatee hebben wij toevallig net effe argwaan als die ertussen zit, want dan lezen wij Willem Holleeder. En zo hebben wij dat met een aantal dingen want dat hebben wij niet alleen met jou hoor, maar ook met andere transacties.
P: Voor mij was het geen ongewone transactie.

De tekst spreekt voor zich. Ieder commentaar is verder overbodig. Het letterlijk uitgewerkte verhoor kan zo bij de cursus getuigenverhoor worden gebruikt als voorbeeld van ontoelaatbaar sturend verhoren. En wat een verschil met de op ambtseed opgemaakt foute samenvatting.

Schandelijk
Deze opsomming is niet limitatief. De verklaring van Paarlberg’s financiele adviseur Van T. waarbij hij er toe wordt verleid te vertellen dat er met de herfinanciering iets mis was, is misschien nog wel een beter voorbeeld. Vrijwel iedere keer dat verhoren met informatie over voor Kaatee relevante feiten zijn uitgeluisterd, bleek het oorspronkelijke verhoor, met name op de wezenlijke onderdelen, helemaal fout. Erna van Dongen verklaarde niet dat Endstra bij Kaatee verantwoording moest afleggen in het bos, Van der Bijl zei juist dat Kaatee niets van criminele zaken van Holleeder wist en Peter Petersen vertelt dat de Groenlandse kade voor hem een goede deal was. We wachten nog op het proces-verbaal van het uitgewerkte verhoor van Arnold Endstra. Ik kan u alvast verklappen dat hij op de vraag of Holleeder hem ooit een baan heeft aangeboden, in werkelijkheid spontaan antwoordt: “Nee”. Ik hoed mij altijd voor het gebruik van grote woorden maar de kwalificatie ‘schandelijk’ kan ik hier niet vermijden.

OM: “Strekking verklaringen nimmer aangetast”
Het OM laat zich over deze praktijk bij requisitoir als volgt uit: “Bij dat beluisteren is een aantal malen geconstateerd dat in een beperkt aantal gevallen delen van de verhoren niet of onvolledig of onzorgvuldig door de rechercheurs in het ambtsedig proces-verbaal zijn vastgelegd. Dat valt te betreuren. Ons is echter nimmer gebleken dat daardoor de strekking van een verklaring werd aangetast”.
De officier zegt dat volgens Van Dongen Kaatee mede verantwoordelijk was voor het geweld jegens Endstra, maar zij heeft dat helemaal niet gezegd. De officier stelt ter zitting dat van der Bijl heeft gezegd dat Kaatee alles van de financiële zaken van Holleeder weet. In werkelijkheid zegt Van der Bijl dat Kaatee niets van die criminele dingen weet. In Nieuwgraaf vinden we volgens de officier het ultieme bewijs voor betrokkenheid van Kaatee bij het wegsluizen van gelden ten behoeve van Holleeder. Peter Petersen, die nota bene volgens het OM zelf wordt afgeperst, legt in extenso uit dat de deal met betrekking tot de Groenlandsekade ‘perfectly allright’ is. Dat schrijft men dus niet op. En dan zeggen deze vertegenwoordigers van het OM, deze magistraten, dat “de strekking van een verklaring” nimmer werd “aangetast”!

Slordig of malicieus?
Het grootste gevaar van de geconstateerde werkwijze is dat we slechts een aantal verbalen hebben kunnen controleren waarvan de inhoud op wezenlijke onderdelen niet correct was. Dat wat als wetenschap vermeld staat, geen eigen wetenschap van de getuige was maar het resultaat is geweest van ofwel overleg tussen betrokkenen na de moord op Endstra ofwel was ingegeven door de verbalisanten. In het ene geval slordig, maar in het andere gewoon op malicieuze wijze verkeerd is genoteerd. De vraag is wat dat betekent voor de overige verhoren die we niet hebben kunnen controleren. Waarom zou de inhoud daarvan wel de juiste weergave bevatten?

Eén gedachte over “Mijn pleidooi (2)

  1. Wanneer komen van Looyen,de Wit,Cohen,van Straelen en Harm Brouwer nou eens voor de rechter? Die zogenaamde waarheidsbevinding-mensen zijn zo erg de weg kwijt dat de wetsovertredingen die zij begaan eens berecht moeten worden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.