Financiering Paarlberg (3)

Nog geen maand na de liquidatie van vastgoedhandelaar Willem Endstra worden Jan-Dirk Paarlberg en Ad van T. aangehouden en door de politie aan een kruisverhoor onderworpen. Op het hoofdbureau aan de Elandsgracht vuren een 7-tal financiële rechercheurs, in wisselende samenstelling, vragen af op de zakenman en zijn financieel adviseur. Het is een thuiswedstrijd voor de verbalisanten. Tijdens het eerste verhoor op 9 juni 2004 verklaart Van T. dat Endstra hem deelgenoot had gemaakt van zijn angst voor de crimineel John Mieremet. Dit was in de periode van ‘de krantenartikelen’. Endstra was bang dat hem of zijn familie iets zou overkomen als hij niet aan de eisen van Mieremet zou voldoen. De politie ziet het anders: Endstra werd niet door Mieremet afgeperst maar door anderen, in vereniging met Paarlberg en Van T..

“Nooit enige bedreiging geuit richting Wim”
Aan het slot van het tweede verhoor ontkent Van T. iedere betrokkenheid bij afpersing en verklaart: ‘Ik ben mij niet bewust van het feit dat er in de relatie tussen Jan Dirk en Wim sprake zou zijn van afpersing. In dat kader heb ik zelf ook uitsluitend meegewerkt en geadviseerd over voor mij normale transacties tussen betrokken personen. Zelf heb ik nooit enige bedreiging geuit richting Wim of is mij bekend dat Jan Dirk dat gedaan zou hebben. In die zin ontken ik dan ook iedere betrokkenheid bij afpersing of medeplichtigheid daaraan. Ik heb ook nooit het gevoel gehad dat Wim jegens mij het idee zou hebben dat hij afgeperst zou worden.’

Wilbury
Op zaterdag 12 juni 2004 wordt Van T. opnieuw gehoord. Wilbury komt ter sprake, het offshore bedrijf van Paarlberg waarmee hij op 24 februari 2003 de leningen van Endstra aan mijn holding heeft overgenomen. De verbalisanten gaan ervan uit dat Wilbury is opgericht door Van T. want ze stellen hem de volgende vraag: ”Wanneer heeft u Wilbury opgericht voor de heer Paarlberg?” 

Van T. trapt in de sturende vraagstelling van het verhorende koppel en antwoordt: ”Dat zal zijn gebeurd eind 2002, begin 2003 op verzoek van de heer Paarlberg”. Maar Van T. had Wilbury helemaal niet opgericht, verklaarde hij later bij de rechter-commissaris in 2007 toen hij met zijn verklaring uit 2004 werd geconfronteerd. Dat was hem door de rechercheurs in de mond gelegd.

“Ik zag hem alleen voor de kwartaalnota’s ”
De verbalisanten vertellen Van T. dat de panden op de Amsterdamse Wallen waarvoor Wilbury financieringen had verstrekt, afkomstig waren van ‘personen als de gebroeders Grifhorst en Charles Geerts’. De verbalisanten vonden het onbegrijpelijk dat iemand als Paarlberg panden van dergelijke mensen als onderpand accepteerde.

Van T. reageert: ‘Ik wist zelf niet van wie de panden geweest zijn, tot u mij dat nu vertelt. Kaatee heeft mij na deze transactie wel eens verteld dat in die panden gokautomaten werden geëxploiteerd.’ Of Van T. nog andere zaken deed met Kaatee, willen de verbalisanten van hem weten. ‘Nee’, antwoordde Van T. ‘Ik zag hem alleen voor de kwartaalnota’s en hij heeft mij eens benaderd voor het bankrekeningnummer van Wilbury. Ik ken geen relaties van Kaatee.’

Paard van Troje’
Na 3 dagen hechtenis komt Van T. weer op vrije voeten. Als anderhalf jaar later de  vermeende criminele organisatie van Willem Holleeder op 30 januari 2006 wordt gearresteerd, is Van T. ook de klos. Hij wordt opnieuw drie dagen verhoord door verbalisanten die hem in juni 2004 ook al hadden ondervraagd. Nu willen ze alles weten over de contacten die Van T. met mij heeft gehad. Hoe ging dat allemaal precies in zijn werk? Op 1 februari 2006 verklaart Van T. hierover het volgende:

V: En in uw gesprekken met hem (Kaatee), kwam dat wel tot een gesprek? Joh. neem even een bak koffie of…
A: Nou wat ik al zei, hij heeft wel…. Inderdaad. D’r is wel eens een bak koffie bij te pas gekomen. (…) Maar wij hebben nooit concreet informatie uitgewisseld of dingen besproken die betrekking hadden op de financiële transacties tussen Paarlberg en Endstra.

Hoe denkt Van T. nu over mij, vlak na mijn arrestatie, willen de verbalisanten van hem weten. Van T. stelt dat hij door informatie die hij van de politie had gekregen, een ander beeld van mij te hebben. Van T. verklaart: 

A: Nou in juni 2004 tijdens de verhoren is mij aangetoond dat deze vennootschappen waar Kaatee directeur is, dat die eerder op naam hebben gestaan van andere, mij niet bekende, maar voor zover ik van de kant van de politie toen begrepen heb, niet goed bekend staande personen.

V: Ja.
A: Dus ja dat zou betekenen… Voorts ben ik er toen natuurlijk in de loop der tijd ook achter gekomen dat die panden liggen op de Wallen en dat daar gokactiviteiten plaatsvinden. Voor zover ik toen wist wel legale gokactiviteiten.

V: Ja, ja.
A: Dus ja, dat plaatst natuurlijk die vennootschappen en de positie van Kaatee wel in een ander beeld. En ja, de positie die hij eerst had als boodschappenjongen, daar heb ik nooit moeite mee gehad en was verder ook altijd normaal aardig contact. Maar sinds die tijd, of eigenlijk sinds begin 2004, heb ik hem nooit meer gezien of gesproken.

V: Maar als ik nu even naar de media refereer?
A: Ja.

V: Waarin aangegeven wordt dat het een stroman is van Holleeder, laten we hem maar noemen…
A: Ja, ja.

V: Hoe kijkt u daar nu achteraf hé, het is wel heel duidelijk achteraf, hoe kijkt u daar nou tegenaan? Als u dat al die gebeurtenissen van dat bezoek van Marcel Kaatee nog een keer terughaalt? Hoe kijkt u d’r dan tegenaan? Het Paard van Troje?
A: Ja, dat vind ik wel een aardige kwalificatie. Dat als hij dus inderdaad een stroman is van Holleeder en op basis van die positie dus allerlei informatie kreeg van Endstra, dan zou je hem ook kunnen zien als oppasser van Endstra…

Uit Van T.’s reactie op de vraag of hij mij als ‘Het Paard van Troje’ ziet, blijken de voortdurende suggestieve boodschappen van de verbalisanten tijdens het verhoor, effect te hebben.

Wilbury betrokken bij afpersing?
Op 2 februari 2006 gaat de ondervraging van Van T. verder. Zijn agenda van 2003 wordt doorgenomen: ‘Voor zover wij het interpreteren heeft u kennelijk dit jaar (2003) intensieve betrokkenheid bij Wilbury, Bergheim en Ballados. Allemaal vennootschappen die bij de afpersing betrokken zijn.’ 

Opnieuw houden de rechercheurs Van T. voor dat Wilbury betrokken is bij afpersing. De voortdurende beïnvloeding van Van T. missen hun uitwerking niet want de beschuldiging wordt niet meer tegengesproken. Toch kan Van T. zich nauwelijks voorstellen dat er iets fout was aan die herfinanciering. In 2003 had hij het toch echt anders beleefd.

Schimmig spel
Op 10 februari 2003 belde Van T. mij dat hij de financiering voor elkaar had. De volgende dag kwam de financieel adviseur al met zijn factuur op de proppen van € 40.000,- exclusief btw voor het regelen van de nieuwe financiering. Weer een dag later, op 12 februari 2003, zond Endstra aflossingsnota’s naar de notaris met de bedragen die ik hem verschuldigd was. Dat Endstra zo snel en zo goed was geïnformeerd vond ik niet vreemd want hij was immers de initiatiefnemer geweest van de herfinanciering van zijn leningen aan mij.

De notariële akten werden uiteindelijk op 24 februari 2003 gepasseerd bij Lexence notarissen, en aangezien de notaris een onderzoekplicht heeft, mocht ik ervan uitgaan dat het in alle opzichten een bonafide financiering betrof. Maar volgens het Openbaar Ministerie is de herfinanciering onderdeel van een schimmig spel waarin betrokkenen zich hebben ingelaten met afpersing en witwassen.

Van de regen in de drup
Tijdens het requisitoir in eerste aanleg betoogde het OM dat ik voordeel zou hebben gehad bij de herfinanciering. Welk voordeel dat was, maakten de Officieren van Justitie Plooij en De Vries niet duidelijk. Op een financieel voordeel kunnen zij niet hebben gedoeld want  behalve de 40.000 euro die ik aan Van T. kwijt was aan commissie, moesten aflossingen en rente aan Wilbury voortaan vooruit worden betaald i.p.v. achteraf zoals bij de leningen van Endstra het geval was.

Mijn enige voordeel bij de herfinanciering was het beëindigen van de zakelijke relatie met Endstra. Afgaande op wat het OM van die herfinanciering vindt, ben ik van de regen in de drup geraakt. 

4 gedachten over “Financiering Paarlberg (3)

  1. Marcel,

    Complimenten voor je scherpzinnige observaties. Graag deel ik een paar observaties met je die gebaseerd zijn op de (beperkte)delen van het onderzoek en informatie uit de pers voor zover die mij tenminste bekend zijn. Zoals ik zal uitleggen meen ik dat het OM zeer waarschijnlijk ‘fout’ zit en dat dat vrij eenvoudig duidelijk wordt. De verklaringen van Endstra houden kortweg in dat hij van Paarlberg bedrijven ter waarde 35 miljoen gulden cadeau zou hebben gekregen en dat hij vervolgens door Holleeder met jou en Paarlberg zou zijn afgeperst om de waarde van die bedrijven alsnog te betalen. Dat mist denk ik op voorhand elke geloofwaardigheid. Dat is zoiets als de faktuur voor de nieuwe auto van de autohandelaar als afpersing betitelen door te beweren dat de dealer je de auto al cadeau zou hebben gegeven. Dit wordt ook bevestigd door de onlangs afgelegde verklaringen van Paarlberg. Het gaat mij hier alleen om de zaken tegen jou en Holleeder in verband met de door het OM vermeende afpersingen bij veruit de grootste en meeste betalingen om betalingen die via Paarlberg zouden zijn gegaan. Bij die verdenkingen spelen de ‘Endstra tapes’ volgens mij niet of nauwelijks een concrete rol – behalve dat zij het duidelijk vooropgezette doel hadden bij te dragen aan het verdacht maken van mensen -.

    Basis verdenking: dagboek en verklaring bij notaris van Endstra
    Bij die vermeende afpersingen draait het als ik het goed heb begrepen nog steeds om de uitlatingen van Endstra in zijn ‘dagboek’ en een verklaring bij een notaris beide uit 2003 en mededelingen die Endstra aan derden zou hebben gedaan. Hoewel die uitlatingen behoorlijk onduidelijk zijn (geen van de door Teeven genoemde 7 w’s zijn vermeld) moeten die impliceren dat Holleeder Endstra via Paarlberg zou hebben afgeperst en dat jij daarbij ook als stroman betrokken zou zijn geweest. Voor zo ver ik heb begrepen zijn er in het onderzoek door de politie, tenminste los gezien van de verklaringen en mededelingen van Endstra zelf, nauwelijks directe aanwijzingen dat Endstra door Holleeder via Paarlberg zou zijn afgeperst. Zonder Endstra’s vage insinuaties zou er zelfs helemaal geen begin van verdenking kunnen zijn. In Haarlem zei het OM daarover dat Endstra’s verhaal vooral op de punten waar het in de strafzaak om gaat betrouwbaar blijkt te zijn. Maar is die betrouwbaarheid in het onderzoek door de politie niet van het begin af aan als al uitgangspunt genomen in plaats van met gepaste twijfel onderzocht? Is er in het onderzoek bij het OM zelf sprake geweest van ’tegenspraak’ ter voorkoming van tunnelvisie? Is die betrouwbaarheid niet bepalend voor de vraag of er wel een verdenking kan bestaan? Is het niet zonneklaar dat als de verklaringen in het dagboek en bij de notaris vals zijn geweest er ook geen enkele redelijke grond voor de verdenking voor enige afpersing door Holleeder via Paarlberg en dus ook voor jouw betrokkenheid kan bestaan? De grote vraag is dus of de verklaringen van Endstra wel betrouwbaar zijn. De politie meent de juistheid wel te kunnen bevestigen door zulk soort zaken als er bestaat inderdaad een bezinepomp bij IJmuiden waarover mogelijk in het dagboek wordt gerept. Maar dat soort onzinnige bevestigingen laat zien hoe weinig serieus het onderzoek juist daar te nemen is.

    Afhankelijkheid van de kwaliteit van het onderzoek
    Holleeder en jij hebben in het proces bij de rechtbank elke betrokkenheid met een afpersing via Paarlberg of betalingen door Endstra aan Paarlberg categorisch ontkend. Als de verklaringen van Endstra vals zijn kunnen Holleeder en jij daar ook, denk ik, zelf weinig zinnigs over zeggen anders dan dat zij vals zijn. Dat lijkt me lastig want je kunt dan ook niet uit eigen wetenschap heel veel bijdragen aan de waarheidsvinding. Mede omdat de zaken van Paarlberg en Holleeder van elkaar gescheiden zijn, waren Holleeder en jij voor wat de waarheidsvinding betreft geheel afhankelijk van de kwaliteit van het onderzoek door het OM waarvan jij op je website al met enkele treffende voorbeelden laat zien hoe vooringenomen dat is geweest en hoezeer aannemelijk is dat politieambtenaren met lekken de beeldvorming hebben beïnvloed. Er zijn denk ik meer voorbeelden te geven dan jij hebt gedaan, want het hele onderzoeksdossier lijkt, voor zover ik tenminste weet, doordrenkt te zijn van de aanname dat Endstra de waarheid heeft gesproken en dat de verdenkingen dus op voorhand al juist zijn. Juist omdat Holleeder en jij je tegen de aantijgingen niet anders konden verweren dan door te zeggen dat die vals zijn is het opmerkelijk dat de rechter in Haarlem zich met hand en tand verzet heeft tegen het inbrengen van het verweer van Paarlberg. Paarlberg was vermoedelijk de enige die uit eigen wetenschap kon vertellen dat en waarom de verklaringen van Endstra valse leugens waren. Omdat dat verzet van de rechter nu eenmaal in strijd is met de meest fundamentele beginselen van een behoorlijk proces heeft de rechter tenminste het voorlezen van dat verweer met kennelijke tegenzin uiteindelijk toch moeten toestaan. Maar wellicht was het kwaad toen al geschied, of zoals Churchill dit zou typeren: I have made up my mind, do not confuse me with the facts? Hoe dan ook, inmiddels heeft Paarlberg zelf verklaringen afgelegd bij het Hof die de afpersing duidelijk weerspreken.

    Verklaring Paarlberg
    De verklaringen van Endstra waar het allemaal om gaat zijn zijn dagboek samen met de verklaring in april 2003 bij een notaris. Die impliceren dat alle betalingen aan Paarlberg of zijn bedrijven in eind 2002 en 2003 afpersingen zouden betreffen. Paarlberg heeft verklaard dat Endstra hem dat geld nog steeds schuldig was vanwege hun scheiding van wegen waarbij Endstra belangen van Paarlberg heeft overgenomen. Paarlberg heeft verklaard dat hij met Endstra omstreeks 1999 had afgesproken tot een ontvlechting van hun belangen te komen. Reden was dat hij vreesde voor reputatieschade. Endstra zou Paarlbergs belangen in enerzijds Xenia, met daaronder dochter Ballados en daaronder 50% van dochter Seaport IJmuiden en anderzijds Bayline met daaronder dochter Bergvlak 4 en daaronder 30% van de v.o.f. Bosch en Duin van Paarlberg overnemen. In 1999 ging het om een door Endstra te betalen bedrag van totaal ongeveer 35 miljoen gulden (te weten lening aan Seaport 13 miljoen, waarde van toekomstige winstmogelijkheden door projectontwikkeling in de Seaport IJmuiden 15 miljoen en de vof B&D (onroerend goed portefeuille) 7 miljoen). Omdat Endstra, zoals wel vaker, maar niet betaalde was de te betalen waarde in 2002 opgelopen tot ongeveer 40 miljoen gulden, (te weten lening 15 miljoen, winstmogelijkheden 15 miljoen en vof 10 miljoen). De verklaringen van Paarlberg maken duidelijk dat er geen sprake was van afpersing en dus ook niet van jouw betrokkenheid daarbij.
    Maar ook als je Paarlberg niet direct of volledig zou willen geloven dan nog kan er alleen sprake zijn van enige verdenking van Holleeder, Paarlberg en jou als een heel eenvoudige beslissende vraag ontkennend beantwoord zou moeten worden: moest Endstra nog iets aan Paarlberg betalen of niet? Vier en een half jaar lang onderzoek met man en macht en boekenkasten vol materiaal uit dit onderzoek van de politie geven daar geen duidelijkheid over maar dat komt doordat er niet aan Endstra getwijfeld wordt. Het heeft de zaak er schijnbaar heel ingewikkeld van gemaakt. Hoe komt het dat de simpele vraag of Endstra überhaupt wel geloofwaardig is, niet is onderzocht? Waarom is Paarlberg nooit serieus genomen en Endstra boven elke vorm van verdenking geplaatst? Er is nooit sprake geweest van enige twijfel bij de verklaringen van Endstra bij de politie. Toch lijkt het antwoord op de vraag of Endstra’s verklaringen niet vals zijn, als je hem maar stelt, nog steeds heel simpel te zijn. Kort gezegd beweert Endstra dat hij belangen in bedrijven van Paarlberg voor niets cadeau zou hebben gekregen en vervolgens voor de betaling voor de waarde daarvan van ongeveer 17 miljoen euro zou zijn afgeperst. Dit mist elk begin van geloofwaardigheid. Met name blijkt dat vrij eenvoudig als we kijken naar de overname van het belang in Bayline en de vof Bosch en Duin waarin een grote en waardevolle onroerend goed portefeuille zat. Laten we eerst eens kijken naar de verklaringen van Endstra zelf.

    Verklaringen Endstra
    Endstra’s dagboek en zijn verklaring bij de notaris van Lidt de Jeude komen er op neer dat Endstra zegt Paarlberg nooit iets schuldig te zijn geweest in verband met de indirecte overname van zijn aandeel in de Seaport IJmuiden die onder Ballados en Xenia hangt en een grote onroerend goed portefeuille in de v.o.f. Bosch en Duin die uiteindelijk onder Bayline en Bergvalk 4 hangt. Volgens die verklaring bij de notaris, in samenhang met de in het dagboek vermelde betalingen en optelsommetjes, zouden alle verrichte en nog te verrichten betalingen eind 2002 en in 2003 afpersing betreffen en betrekking hebben op ‘fictieve’ en ‘gefingeerde’ schulden. Endstra verwijst bij de notaris naar de door hem zelf opgestelde pandakte van 26 februari 2003 die hij onder dwang zou hebben ondertekend en waarin een commissie en een ‘winstrecht’ HSIJ voorkomen. Paarlberg en Endstra zijn het over een ding eens, een commissie was nooit verschuldigd. Dat is ook later, vóór de liquidatie van Endstra en de aanvang van het onderzoek, al recht gezet. Volgens Paarlberg was Endstra hem wel geld verschuldigd voor de in de pandakte door Endstra niet genoemde Bayline en de lening Seaport. Ook al wordt die lening niet in de pandakte genoemd, Endstra gaat daar in zijn verklaring bij de notaris op 10 april 2003 toch op in. Hij zegt dat die lening ‘onvolwaardig’ was omdat Seaport van wege verliezen niet kon betalen. Daarmee zegt hij impliciet dat betalingen op die lening vanaf eind 2002 (zie dagboek en vermeldingen bij de betalingen) ook zouden zijn afgeperst. Hij verklaart ook dat de schriftelijke verklaring waarbij hij zegt nooit aandeelhouder te zijn geweest van Xenia (en daarmee Ballados) in 2002 onder dwang zou zijn ondertekend. Tegelijkertijd heeft Endstra precies dezelfde verklaring ondertekend voor Bayline, maar daarover rept hij niet in zijn verklaring bij de notaris. Dat is een vreemde niet door de politie opgemerkte tegenstrijdigheid, omdat in zijn dagboek en bij betalingsomschrijvingen zelf wel gerept wordt over Bayline. Nog voor zijn verklaring bij de notaris, op 28 februari 2003, deed Endstra al een betaling aan Paarlberg met de omschrijving Bayline. In zijn dagboek worden meer betalingen aangemerkt als ter zake van Bayline. Ook in een door van T. opgesteld stuk ‘ overzicht gemaakte afspraken’ dat in februari 2003 kennelijk naar Endstra is gegaan staat Bayline voor 7 + 3 miljoen gulden vermeld. Uit de optelsommen in het dagboek van Endstra zou in samenhang met de verklaring bij de notaris impliciet moeten blijken dat al die betalingen aan Paarlberg, inclusief Bayline en de vof, afpersing zouden betreffen. Eerst maar de Seaport IJmuiden.

    IJmuiden
    Endstra zegt in feite dat de Seaport IJmuiden waardeloos was wegens in de jachthaven geleden verliezen. Daarmee zouden de waarde van de investering (nog te realiseren winsten) en de op zich vaststaande lening door (indirect) Paarlberg aan de Seaport van eind 2002 van circa 15 miljoen gulden (incl. rente) volgens Endstra waardeloos zijn geweest zodat hij daarvoor niet hoefde te betalen. Uit de cijfers van de Seaport blijkt inderdaad dat er aanzienlijke (aanloop-)verliezen waren geleden met de jachthaven, zij het juist niet met het deel van de toen wel al gerealiseerde projectontwikkeling (appartementencomplex). De belangrijkste andere bevestiging die de politie in verband hiermee heeft gevonden voor de verklaring van Endstra is dat de aandelen in de Seaport zelf in december 1999 zijn overgedragen voor f 1,-. Paarlberg heeft daarover verklaard dat die overdracht wat hem betreft haast had omdat hij niet meer zichtbaar in verband gebracht wilde kunnen worden met Endstra, en dat die overdracht in het teken stond van de al gemaakte afspraak om ook Xenia en Ballados over te dragen waartoe in mei 2000 inderdaad de nodige stappen zijn ondernomen. De afspraken zagen op de waarde die Xenia met al heer dochters dus inclusief de Seaport voor Paarlberg vertegenwoordigde, aldus Paarlberg. Was er met met de investeringen in de Seaport IJmuiden nu wel of niet een financieel belang gemoeid omdat het project nog ontwikkeld zou gaan worden?
    Inmiddels is gebleken dat er voor wat betreft de Seaport inderdaad voor en in 1999 (en daarna) concrete en ambitieuze plannen tezamen met de gemeente bestonden om tot projectontwikkeling te komen op en rond de jachthaven. Daarvoor bestonden bij de politie wel eerdere aanwijzingen maar die zijn toen juist niet onderzocht. Dat die plannen toen al bestonden blijkt ontegenzeggelijk en nogal eenvoudig uit publiek toegankelijke stukken (plan Kustvisie IJmuiden 1999, Streekplan 2003 en huidige ontwikkelingsplannen). Dat Endstra ook zelf meende 15 miljoen schuldig te zijn in verband met die winstmogelijkheden blijkt uit aantekeningen van zijn eigen accountant uit die tijd, een tot driemaal toe op uitdrukkelijk eigen verzoek van Endstra telkens ondertekende verklaring (‘please send original’) met die inhoud en de jaarrekening van Seaport die uitdrukkelijk verwijst naar de toekomstge projectontwikkeling. Buiten kijf is ook dat er door de aandeelhouders waaronder ook Endstra zelf zeer veel geïnvesteerd is in de Seaport. Ook het gegeven dat een van de grote bedrijven van Endstra in is gaan staan voor de aanzienlijke schulden van de Seaport bevestigt dat de investering voor Endstra moeilijk als waardeloos betiteld kan worden. Verder blijkt ook uit een brief die voor Paarlberg is verstuurd dat hij al voordat er volgens Endstra sprake was van afpersing aandringt op betaling van de nog steeds openstaande schuld. Al deze kwesties zijn door de politie volkomen genegeerd. Ligt het wel voor de hand er vanuit te gaan dat Paarlberg, zijn aanzienlijke investeringen en zijn belang in de Seaport die bedoeld was om in de toekomst aanzienlijke winsten te genereren, en een lening van 13 miljoen gulden, voor helemaal niets aan Endstra zou hebben gegeven? Als je dat volhoudt moet je Endstra wel erg graag willen geloven? Bij de andere gemeenschappelijke investering in de v.o.f. Bosch en Duin ligt dit nog duidelijker.

    Gelden verschuldigd voor Bayline
    Endstra heeft door zijn dagboek impliciet verklaard dat de afgeperste betalingen onder andere betrekking zouden hebben op Bayline/Bergvalk 4/v.o.f. Bosch en Duin. Tegelijkertijd zegt Endstra Bij de notaris in 2003 dat hij niets schuldig was en dat alle betalingen toen betrekking hadden ‘fictieve’ of ‘gefingeerde’ schulden, dus ook de betalingen die hij zelf aanmerkt als voor Bayline en Bosch en Duin. Als gezegd is dat op voorhand al wat vreemd omdat Endstra niet zegt dat hij onder dwang afstand zou hebben gedaan van Bayline zoals hij wel zegt bij de Seaport (Xenia). In Bosch en Duin zat een grote onroerend goed portefeuille. Paarlberg Endstra en Hummel zaten daarin en Paarlberg heeft met Endstra omstreeks 1999 afgesproken dat Endstra zijn belang daarin zou overnemen. Uit gepubliceerde stukken, de jaarrekeningen van Bergvalk 4, blijkt dat de waarde van Paarlbergs aandeel in 1999 circa 7 miljoen en eind 2002 zo’n 3 miljoen meer, circa 10 miljoen gulden waard was. Hummel heeft dat ook bevestigd en met stukken gestaafd. In het onderzoek is de politie er echter op voorhand en zonder enige aanwijzing simpelweg vanuit gegaan dat Endstra Paarlberg voor de v.o.f. Bosch en Duin niets verschuldigd was. Endstra zelf heeft dat nooit beweerd. Enige betaling daarvoor heeft de politie ookl niet kunnen aanwijzen hoewel zij Paarlberg financieel geheel hebben doorgelicht. Maar ook dat heeft de politie niet zichtbaar aan het denken gezet. Heeft het enige waarschijnlijkheid dat Paarlberg aan Endstra 7 miljoen cadeau zou hebben gegeven? Of kan op dit punt wel heel eenvoudig worden vastgesteld dat Endstra in zijn eigen valse leugens (en halve waarheden) is vastgelopen? Blijft er iets overeind van de verdenking als blijkt dat de verklaringen van Endstra vals zijn? Had het onderzoek daar niet direct mee moeten beginnen (en eindigen)?

    Nog meer
    In de verklaringen van Endstra is niets specifieks en concreets te vinden over het hoe, wanneer, waar, wie, of waarom van een betrokkenheid van Paarlberg bij enige afpersing, anders dan door verwijzingen naar betalingen aan Paarlberg vanaf eind 2002. Ook het onderzoek van de politie heeft dat niet kunnen oplossen. Ook van een zelfstandige aanwijzing – los van de verklaringen of mededelingen van (uiteindelijk) Endstra zelf – dat Holleeder Paarlberg zou hebben gedwongen mee te werken is geen sprake. Ondanks een zeer breed opgezet financieel onderzoek is er ook geen enkele geldstroom van Paarlberg naar Holleeder of de zijnen gevonden. De echte vragen waarom het gaat zijn dus nadrukkelijk onbeantwoord gebleven, of liever gezegd voor het concreet maken van de verdenking zijn geen zelfstandige aanwijzingen anders dan de cryptische verklaringen van Endstra zelf en alleen daarop voortbouwende doelredeneringen. Dit alles lijkt mij in het onderzoek van de politie toch wel een zeer ernstig gemis waar het denk ik eigenlijk al had moeten ophouden?
    Omdat er in het onderzoek van de politie niettemin toch van uit wordt gegaan dat de verklaringen of liever gezegd insinuaties van Endstra van afpersingen via Paarlberg juist zijn is het daarna de vraag of Endstra al dan niet nog geld verschuldigd was aan Paarlberg in verband met de Seaport (aandelen Xenia en lening) en de vof Bosch en Duin (Bayline). Bij Bayline is die vraag makkelijk te beantwoorden, maar ook bij de Seaport IJmuiden blijkt het verhaal van Endstra fors ongeloofwaardig.

    Er is nog meer. Uit het dagboek in combinatie met de verklaring bij de notaris zou volgens de politie moeten blijken dat alle betalingen aan Paarlberg eind 2002 en in 2003 afpersing zouden betreffen ten behoeve van Holleeder en via hem anderen zoals met name Mieremet. Opvallend is dat juist in de laatste optelsom in het dagboek van vermoedelijk medio 2003 van afgeperste betalingen geen plaats meer is voor verrichte betalingen aan Paarlberg en dat daarna het dagboek ook gestaakt wordt. Dat roept toch prangende vragen op die de politie zich zelf nooit heeft gesteld? Verder wordt de in het dagboek in de optelsommen impliciet beschreven afpersing door Holleeder ten behoeve van Mieremet duidelijk weersproken door de brief van Endstra aan de advocaat van de (vriendin van) Mieremet eind 2003. Daaruit blijkt dat Endstra Mieremet juist zegt niet te kunnen betalen omdat door Holleeder afgeperst zou worden terwijl de optelsommetjes in het dagboek juist moeten laten zien dat betalingen aan Holleeder voor een belangrijk deel voor Mieremet bestemd zouden zijn. Wat durft Endstra wel niet allemaal met droge ogen te beweren? Ook deze duidelijke aanwijzingen voor de onjuistheid van de verdenking zijn in het onderzoek van de politie allemaal genegeerd. Ze pasten niet in het straatje?

    Wibury
    Het onderzoeksdossier stikt van de opportunistische aannames die volgens de politie de verdenking zouden moeten bevestigen. Op één daarvan heb jij ook al gewezen de financiering van jouw onderneming door Paarlberg (Wilbury). Volgens de politie heeft dit alles te maken met afpersing, en inderdaad het dagboek van Endstra lijkt dat ook in te moeten houden tenminste er wordt weer op heel cryptisch manier verdacht gemaakt. Maar uit het onderzoek blijkt in werkelijkheid dat Paarlberg op verzoek van Endstra de financiering heeft overgenomen, dat dit een volstrekt reguliere financiering was met zekerheden en waarop gewoon door jou betaald werd. Jouw aflossing van Endstra is, zij het slechts deels, door Endstra gebruikt om Paarlberg te betalen. Het is toch van de zotte om aan te nemen dat Paarlberg Endstra zou afpersen om van hem door hem zelf betaald geld, de aan jou verstrekte lening, te kunnen krijgen? Dat is net zo iets als een dief die eerst het door hem te stelen geld weggeeft om het dan te kunnen stelen? Nou ja, van dit soort onzin stikt het onderzoeksdossier en dit soort onzin wordt ook telkens gebruikt om anderen maar te laten verklaren dat de verdenking juist zou zijn.

    Tot slot
    Vier en een half jaar lang is er met ongemeen veel mankracht en onder inschakeling van andere instanties zoals de belastingdienst onderzoek gedaan naar alles wat maar verdacht gemaakt zou kunnen worden. Dat heeft geleid tot boekenkasten vol materiaal en met name ingewikkelde doelredenaties en veronderstellingen en evenzovele losse einden. Maar dienden die niet allemaal slechts een doel, namelijk het verzamelen en zo ordenen van materiaal dat die zou kunnen dienen als bevestiging van mogelijke verdenkingen van jou, Holleeder en Paarlberg, in plaats van de objectieve waarheidsvinding? Want de zaak lijkt toch nog steeds betrekkelijk simpel. Gaat het niet om de juistheid en geloofwaardigheid van de wel zeer cryptische vermeldingen van de man die zijn stukken steevast ondertekende als ‘mr.’ hoewel hij zijn rechten studie nooit had afgerond? Was Endstra niet een pathologische leugenaar en stond hij zo niet ook al min of meer bekend (denk aan de foto op het bankje)? Het concrete antwoord hier lijkt toch erg simpel te zijn. Uit de verklaringen van Endstra zelf blijkt vrij eenvoudig dat zij opzettelijk vals moeten zijn. Hij beweert kort gezegd dat hij belangen ter waarde van ongeveer 35 miljoen gulden van Paarlberg voor niets zou hebben gekregen en vervolgens voor de betaling daarvan zou zijn afgeperst. Dit mist elk begin van geloofwaardigheid. De prangende vraag is of het OM Endstra’s misdadige praktijken met al haar machtsmiddelen niet heeft voortgezet? Als die geloofwaardigheid niet vooraf behoorlijk is onderzocht en maar gemakshalve is aangenomen dat die verklaringen juist zijn heeft het OM zich dan niet blootgesteld aan de geenszins denkbeeldige kans dat zij het verlengstuk van de valse leugens van Endstra zou worden? Dat zijn ernstige zaken met grote gevolgen.

    Wat krijg je als het OM zich voor het karretje van zo iemand als Endstra laat spannen en vervolgens alles ook nog eens laat uitlekken? Hoe durft Justitie bijvoorbeeld enige betrokkenheid bij het onmiddellijk uitlekken van de aanhouding van Paarlberg in 2004 te ontkennen? Was het proces hierna nog wel te stoppen of anders gezegd kon het OM zich nog wel veroorloven iets anders dan een veroordeling van Holleeder en Paarlberg en jou na te streven? Welke invloed heeft dat gehad op de inhoud en de reikwijdte van het onderzoek (zie ook Olierook in VN)? Wie durfde zich nog voor jou Holleeder en Paarlberg op te werpen, gezien alle zwartmakingen in de pers en het lekken uit het onderzoek? Gingen alle verhoren van de politie niet al op voorhand uit van de juistheid van jouw en Paarlbergs verdenking? Meer algemeen: is het OM intrinsiek wel in staat zowel een verdenking te ontwikkelen en te onderbouwen als tegelijkertijd de kleurloze objectieve waarheidsvinding te dienen?

    Ik hoop dat het OM binnenkort, hoe moeilijk ook, eindelijk tot inkeer komt. Dit heeft denk ik niets meer met de bescherming van het recht te maken. De jou toegebrachte schade is denk ik met geen geld goed te maken. Maar ik wens je tenminste alle succes toe in dit voor jou wel zeer onaangename proces. Daarvoor zal je, vrees ik, toch eerst de door de politie gedurende vier en een half jaar naarstig ontwikkelde en in de pers wijdverbreide vooroordelen moeten slechten. Juist het bestaande vertrouwen in het OM zal dat nog niet zo makkelijk maken. Afgaande op je web-log ontbreekt het je niet aan scherpzinnigheid. Voor het overige geluk, sterkte en vooral wijsheid dus toegewenst!

    Tom

  2. De bedenker van al deze idioterieën is CIE aanjager Frits van Straelen. Deze man interesseert zich niet wat u gebeurt meneer Katee. Dit figuur is zo geestelijk gestoord dat hij alles doet om zijn gelijk te halen. Mooi detail is dat van Straelen de stuurder is van Jan van Looyen die op zijn beurt John van der Heuvel informeert. In de (niet getoonde) tapverslagen van vd Heuvel staat van Looyen bovenaan. En let wel: van Straelen bepaalt wat van Looyen door moet geven aan de Telegraaf!

  3. Marcel,
    Krijg steeds meer respect voor je doorzettingsvermogen in je strijd tegen het almachtige O.M..
    Heb in de bunker de getuigenis van de heer Paarlberg bijgewoond en net de reactie van Tom op je laatste toevoeging op het weblog gelezen.
    Deze meneer is duidelijk zeer goed ingevoerd, jammer dat hij nu pas in hoger beroep zijn mening ventileert of kon uiten.
    Het moge zo langzamerhand wel duidelijk zijn dat politie en justitie maar wat al te graag de verhaaltjes van Endstra wilden geloven om het hogere doel, het afrekenen met Willem Holleeder, te kunnen verwezenlijken.
    Helaas ben jij daar in mee getrokken door rucksichtlose OvJ’s, voor wie de ( politieke ) carriere belangrijker is dan het recht.
    Hoop dat je het vertrouwen in de Nederlandse rechtsstaat nog niet kwijt bent.
    Geef niet op uiteindelijk zal alles reg kom.

  4. Als ik het goed begrijp bent u rondom 2003 voor een financiering (middels wilbury) uw heil gaan halen hij Paarlberg, lees ik dat goed? Was het een bewuste keuze om niet meer bij Endstra aan te kloppen voor een financiering? reden? de slechte pers? groet

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.